Westerse kruidengeneeskunde

Western herbal medicine

Om optimale gezondheid te bereiken moeten we de focus verleggen van het managen van symptomen naar het herstellen en onderhouden van gezondheid en preventie van ziekte.

Wat is het?

Kort gezegd gebruikt Westerse kruidengeneeskunde planten om het lichaam terug naar gezondheid te brengen.

Om optimale gezondheid te bereiken moeten we de focus verleggen van het managen van symptomen naar het herstellen en onderhouden van gezondheid en preventie van ziekte.

We willen de patiënt als geheel bekijken en zijn algemene vitaliteit verhogen. Daarom wordt Westerse kruidengeneeskunde ook een holistische manier van behandelen genoemd: we gaan er vanuit dat het lichaam functioneert door synergistisch werken van verschillende, van elkaar afhankelijke systemen. Om vanuit die gedachte een patiënt te gaan behandelen moeten we kijken naar het bredere, onderliggende patroon van ziekte.

Waarom planten gebruiken in plaats van geneesmiddelen?

Als er voor een aandoening een geschikte, effectieve behandeling met geneesmiddelen bestaat dan zal die ook voorgeschreven worden door de dierenarts. Helaas zijn er een aantal aandoeningen (en dan vooral chronische ziekten) waarvoor (nog) geen geschikte medicatie bestaat. Kruiden en andere planten kunnen in dat geval een nuttige aanvulling in onze gereedschapskoffer zijn.

Soms heeft medicatie ook bepaalde vervelende bijwerkingen. Ook in dat geval kunnen we vaak kruiden gebruiken om die bijwerkingen te beperken.

Hoe werkt het?

Planten hebben over duizenden jaren heen zich ontwikkeld naast en met alle andere wezens op aarde op zo’n manier dat ze bepaalde combinaties van chemicaliën zijn gaan produceren om die andere wezens ofwel te voeden, genezen of doden. Welke van de drie een plant heeft ontwikkeld hangt van de overlevingsstrategie af.

Een plant kan dus tientallen chemische stoffen bevatten. Sommige van die stoffen worden ondertussen door farmaceutische bedrijven gebruikt om medicatie te ontwikkelen. Vaak gebruiken zij maar één bepaalde stof uit een plant, terwijl die plant nog een hele hoop andere stoffen bevat die ook een belangrijke functie hebben, vaak werken die stoffen ook samen om tot de uiteindelijke geneeskracht van een plant te komen. Eén plant kan zo veel verschillende effecten hebben in het lichaam.

Een voorbeeld om dit duidelijker te maken:

De plant Artemisia annua (absintalsem of zomeralsem) bevat het sesquiterpene lactone genaamd artemisinine dat werkt tegen malaria. Maar uit onderzoek blijkt dat de flavonoiden in de plant die antimalaria werking versterken. De plant is dus effectiever dan de stof artemisinine op z’n ééntje (Phillipson, 1999).

Zo is één van de bekendste kruiden voor de behandeling van depressie Sint Janskruid. Vaak is het moeilijk zoeken naar de juiste medicatie bij depressie omdat één actieve stof alleen onvoldoende is. In Sint Janskruid zitten meer dan 14 verschillende stoffen die een werking hebben op verschillende receptoren in de hersenen en het zenuwstelsel. De plant zal dus op al die verschillende plaatsen kunnen bijdragen aan de behandeling en is zo niet te vergelijken met een geneesmiddel.

Is het ‘evidence based’?

Westerse kruidengeneeskunde combineert traditie en wetenschap. Veel van de kennis werd verzameld vanuit eeuwenoude, traditionele manieren van geneeskunde (o.a. traditioneel westerse geneeskunde, traditionele chinese geneeskunde, ayurveda,…): over duizenden jaren werden deze technieken toegepast en verfijnd. Niet elk aspect van de traditionele geneeskunde is zinnig, maar er is erg veel empirische kennis terug te vinden die tegenwoordig stap voor stap ook vanuit wetenschappelijke hoek ondersteund wordt.

Om de wetenschappelijke, ‘evidence based’ kant even te kaderen:

Als je op pubmed citaties opvraagt voor ‘Plant extracts’ krijg je 234131 resultaten. 2074 daarvan zijn systematische reviews, 1624 zijn meta-analyses. Doe je hetzelfde voor citaties in ‘veterinary’ krijg 680078 resultaten waarvan 1854 systematische reviews en 1268 meta-analyses. (Pubmed, juli 2022)

Wat zijn de gevaren?

Paracelsus schreef in 1538: “Alle dingen zijn vergif en niets is zonder gif. De hoeveelheid alleen maakt dat iets niet giftig is.”

Dit geldt voor alle medicatie en dus ook voor kruiden en kruidenmengelingen. Hou je dus strikt aan de voorgeschreven dosis!

Daarnaast is het altijd mogelijk dat een patiënt allergisch reageert op 1 van de kruiden of op een bestanddeel van een kruidenmengeling of zalf. Daarom raden we altijd aan om bij de eerste toediening te beginnen met een kleine dosis om te kijken of de kruiden wel verdragen worden. Moest het dier toch een bijwerking vertonen, neem dan meteen contact op.

Daarnaast kunnen kruiden potentieel ook reageren met bepaalde medicatie. Deze interacties kunnen zich op verschillende manieren uiten: sommige kruiden versterken het effect van bepaalde medicatie, andere verzwakken het effect.

Om deze ‘kruid-geneesmiddel-interacties’ te vermijden is het belangrijk dat u altijd alle medicatie en supplementen meedeelt die uw dier krijgt. Zeker wanneer het dier al behandeld wordt voor een chronische ziekte kan het zijn dat we de kruiden moeten aanpassen aan de medicatie van het dier.

Hoe gaat het in z’n werk?

Na een grondige anamnese en onderzoek van het dier bespreken we of kruiden eventueel een meerwaarde kunnen betekenen en welke kruiden we kunnen inzetten. Daarna gaan we aan de slag om de mengeling te maken. Iedere patiënt krijgt dus een gepersonaliseerde mengeling.

De mengeling wordt u, samen met duidelijke instructies, toegestuurd per post.

Nu ook online consult mogelijk.